Ziekenhuis Rivierenland

Download Report

Transcript Ziekenhuis Rivierenland

Gynaecologie / verloskunde
Vruchtbaarheidsstoornissen
onderzoek en behandeling
U bent door uw huisarts doorverwezen naar de gynaecoloog, omdat
u al enige tijd tevergeefs probeert zwanger te worden. In een gesprek
heeft de gynaecoloog u een aantal onderzoeken voorgesteld om te
achterhalen wat de oorzaak is van uw vruchtbaarheidsproblemen.
De onderzoeken zullen zoveel mogelijk door uw eigen arts worden
uitgevoerd, maar het is onvermijdelijk dat u zo nu en dan een andere
gynaecoloog treft.
De assistentes van de polikliniek zijn zich ervan bewust dat het
maken van een afspraak voor vruchtbaarheidsonderzoek voor veel
mensen een hele stap is waarbij intimiteit en privacy in het geding
kunnen komen. Zij zullen hier zoveel mogelijk rekening mee houden.
Mocht u vragen of problemen hebben dan kunt u deze altijd aan een
van de assistentes voorleggen.
Om een zwangerschap tot stand te brengen, moet aan een aantal
voorwaarden worden voldaan. Allereerst moet uit de eierstok van de
vrouw een eitje/follikel vrijkomen. Dit heet eisprong/ovulatie. Meestal
vindt de eisprong plaats ronde de 14e dag. Een cyclus duurt gemiddeld 28 dagen. De dag waarop de menstruatie goed doorzet wordt
de 1e cyclusdag genoemd. De bevruchting vindt plaats in de eileider/
tuba. Daarna gaat het eitje door de eileider naar de baarmoeder/
uterus. Een nieuwe menstruatie zal optreden als er geen bevruchting
heeft plaats gevonden.
Om tot een bevruchting te komen moeten bij de man voldoende
zaadcellen worden gemaakt. Deze cellen worden aangemaakt in de
zaadballen/testikels. Bij een zaadlozing komen de zaadcellen samen
met zaadvocht naar buiten. Het zaad moet tijdens de geslachtsgemeenschap via de schede bij de baarmoederhals terechtkomen. De
zaadcellen bewegen zich voort door het slijm van de baarmoederhals. Via de baarmoederholte komen ze in de eileider. De eigenlijke
151701 24042008
1
bevruchting vindt plaats wanneer het eitje en de zaadcel elkaar
ntmoeten en samensmelten in een van de eileiders. De bevruchte
eicel begint zich meteen te delen, zodat er meer cellen ontstaan. Dit
zogenaamde embryo gaat vanuit de eileider naar de baarmoeder om
zich daar na enige dagen in te nestelen.
Stoornissen bij de bevruchting
Bij het tot stand komen van een zwangerschap kunnen allerlei stoornissen optreden; bij de vrouw, bij de man, maar ook in combinatie van
beiden.
Bij de vrouw;
- Onregelmatige of uitblijvende menstruatie doordat er weinig of
geen eisprongen/ovulaties optreden.
- Afwijkingen aan de schede, baarmoederhals of baarmoederholte. Met name het slijm op en in de baarmoederhals is
belangrijk. Dit kan te troebel of te stug zijn zodat de zaadcellen
zich er niet in kunnen voortbewegen.
- Vergroeiingen/adhesies en afgesloten eileiders. Als er vergroeiingen in de buik zijn (rondom de eierstokken en tussen de
eileiders en eierstokken) kan het eitje niet altijd door de eileider
worden opgenomen. Ook in de eileider zelf kan een afsluiting
zitten die het contact tussen zaadcel en eicel verhindert.
Bij de man;
- Weinig, slecht bewegende of afwijkende zaadcellen/semen.
- Potentie en zaadlozingsproblemen kunnen de geslachtsgemeenschap in de weg staan.
Bij de vrouw en man;
- In 1 op de 3 gevallen betreft het combinaties van boven- genoemde stoornissen. Het kan ook voorkomen dat bij het
vruchtbaarheidsonderzoek geen stoornissen worden gevonden. Verder is het mogelijk dat stoornissen in de seksuele
functie de geslachtsgemeenschap in de weg staan.
2
Het oriënterend onderzoek
Laboratoriumonderzoek bij vrouw
Dit bestaat uit bloedafname, in uw bloed worden hormonen bepaald.
Basale tempe.ratuurcurve (BTC)
Eén van de eerste stappen in het vruchtbaarheidsonderzoek kan het
bijhouden van een ‘basale temperatuurcurve’ (BTC) omvatten. Dit
onderzoek wordt echter alleen gedaan bij vrouwen met een onregelmatige cyclus, korter dan 42 dagen. Hiervoor moet de vrouw iedere
ochtend voor het opstaan haar temperatuur opnemen en noteren.
De temperatuur moet ’s morgens, ongeveer op dezelfde tijd, direct
na het wakker worden en vóór het opstaan opgenomen worden. De
temperatuur kan genoteerd worden op de temperatuurlijst die u hebt
meegekregen.
De temperatuurstijging treedt op omstreeks het tijdstip van de ovulatie met een nauwkeurigheid van ± drie dagen. Een temperatuurstijging geeft (achteraf) een aanwijzing aan voor het mogelijk optreden
van een ovulatie in de cyclus.
Zo kan de arts inzicht krijgen in het verloop van de menstruele cyclus
en bekijken of er een ‘eisprong’ plaatsvindt.
Meer informatie en voorbeelden kunt u vinden op de achterkant van
het BTC-formulier.
Samenlevingstest
Een samenlevingstest, is een onderzoek waarbij gekeken wordt of er
(na geslachtsgemeenschap) zaadcellen in het baarmoederhalsslijm
aanwezig zijn en of deze goed bewegen. De test kan alleen rondom
het moment van de eisprong worden uitgevoerd.
Aangeraden wordt het onderzoek te laten plaatsvinden 8 – 12 uur na
de coïtus (samenleving).
Nadat u geslachtsgemeenschap hebt gehad, mag u de vagina niet
meer wassen tot na het onderzoek, dit omdat de test anders zinloos
is.
Soms valt een samenlevingstest ‘negatief’ uit: er worden geen goed
bewegende zaadcellen in het baarmoederhalsslijm gezien. Dit hoeft
3
echter niet te betekenen dat er afwijkingen zijn. De test zal dan
herhaald worden. Deze afspraak is afhankelijk van de ovulatietest, of
afhankelijk van de echo.
Semenanalyse (= zaadonderzoek)
Bij het zaadonderzoek wordt naar de kwaliteit en kwantiteit gekeken
van het sperma. Om het zaad zo goed mogelijk te kunnen beoordelen
is het van belang dat u drie tot vier dagen onthouding in acht neemt.
Het zaad wordt verkregen door middel van masturbatie en kunt u
opvangen in het potje dat u van de assistentes hebt meegekregen.
Lees voor verdere instructies a.u.b. zorgvuldig het informatieformulier
door.
Hysterosalpingografie (HSG) of baarmoederfoto
Bij een hysterosalpingografie (HSG) worden de baarmoeder-holte
(hystero) en eileiders (salpingo) zichtbaar gemaakt (grafie). Dit gebeurt
met behulp van contrastvloeistof op de röntgenafdeling.
Net als bij andere gynaecologische onderzoeken wordt met een speculum (eendebek) de baarmoedermond opgezocht. Er wordt een klein
slangetje met een leeg ballonnetje aan de punt in de baarmoeder
gebracht . Daarna wordt het ballonnetje opgeblazen. Via dit slangetje
wordt de contrastvloeistof in de baarmoeder gespoten. Het inspuiten
kan pijnlijke krampen veroorzaken, vergelijkbaar met het begin van de
menstruatie. Van de assistentes zult u pijnmedicatie meekrijgen.
Terwijl de vloeistof wordt ingespoten worden röntgenfoto’s gemaakt.
De arts kan aan de hand van de foto’s zien of de contrastvloeistof
normaal door de baarmoederholte en de eileiders kan stromen en of
er misschien verklevingen zijn.
De foto moet worden gemaakt tussen de laatste dag van de bloeding
en de dag van de eisprong, die meestal de 14e dag van uw cyclus is.
Het is belangrijk dat u op het moment van het onderzoek niet zwanger bent. Daarom adviseren wij u om vanaf uw menstruatie tot de
dag waarop de foto wordt gemaakt geen gemeenschap met elkaar te
hebben, tenzij u een condoom gebruikt.
4
Wanneer er besloten is dat dit onderzoek zal gaan plaats vinden, verzoeken wij u de eerste dag van uw menstruatie te bellen (0344) – 67
40 45 voor het maken van deze afspraak of de eerstvolgende werkdag. De foto wordt gepland tussen cyclusdag 9 en 12.
Wij adviseren u dan ook om ervoor te zorgen dat iemand u na het
onderzoek naar huis kan brengen.
Na het onderzoek kunt u nog wat buikpijn hebben; ook kunt u nog
wat duizelig zijn.
Wanneer uw temperatuur thuis hoger wordt dan 38 graden, of indien
u hevige onderbuikspijn blijft houden vragen wij u contact op te
nemen met poli gynaecologie.
Wanneer het HSG een aanwijzing geeft voor het bestaan van afgesloten eileiders kan de gynaecoloog ervoor kiezen om een diagnostische
laparoscopie uit te voeren.
Zie folder “diagnostische laparoscopie”
Ovulatie-inductie = vruchtbaarheidsbevorderende medicijnen
om eicelrijping te stimuleren
- Clomid: Clomid is het meest gebruikte medicijn om een
eisprong te bewerkstelligen. Het middel wordt in tabletvorm
van 50 mg toegediend gedurende 5 dagen. U begint op dag 3
en eindigt op dag 7. De gynaecoloog bespreekt met u wanneer
u moet komen voor de eerste echo, deze is meestal rond dag
10.
- Puregon: Puregon wordt dagelijks toegediend door middel
van subcutane / onderhuidse injecties, waarbij de dosering van
patiënt tot patiënt verschilt. Er wordt gestart op de 3e dag van
de cyclus en de gynaecoloog bepaald wanneer er niet meer
gespoten hoeft te worden. Dit zal zijn als er 1 of 2 follikels voldoende gegroeid zijn.
De gynaecoloog spreekt met u af wanneer u moet komen voor de 1e
echo, deze wordt uitgevoerd om te kijken hoe de groei van de follikels
(eitjes) verloopt. Het is meestal nodig om meerdere keren de poli te
bezoeken voor het vervolgen van de groei van de follikel(s).
5
Op de poli gynaecologie krijgt u als u deze medicijnen gaat gebruiken
instructie door de poliassistente, zij zal u uitleggen hoe u de medicijnen toedient. U krijgt ook voorlichtingsmateriaal. De meeste vrouwen
dienen deze medicijnen bij zich zelf toe.
Ovulatietest
De kans op een zwangerschap wordt vergroot als u geslachtsgemeenschap hebt op de dagen vlak voor de ovulatie (eisprong),
waarbij u de grootste kans op de snelle stijging van het luteïniserend
hormoon (LH) in uw urine, welke normaal gesproken 24 tot 36 uur
voor de ovulatie optreedt.
Op deze wijze bent u in staat vast te stellen op welke dagen u de
meeste kans hebt in verwachting te raken. Vanuit de vakgroep gynaecologie worden de ovulatietesten van het merk Clearblue aangeraden
Pregnyl
In een normale cyclus zal een toename in de afgifte van het hormoon LH ervoor zorgen dat de eisprong plaatsvindt. Tijdens de
behandeling wordt dit nagebootst door het toedienen van het
“zwangerschapshormoon”oftewel HCG (merknaam Pregnyl).
Ongeveer 36 uur na het toedienen van HCG zal er een eisprong
plaatsvinden.
Pregnyl wordt toegediend door middel van een injectie. Deze injectie
kan gegeven worden op de poli of op de afdeling A4, dit is afhankelijk
van het tijdstip dat de injectie gegeven moet worden.
IUI (Intra Uteriene Inseminatie)
Als de oorzaak van de verminderde vruchtbaarheid ligt in de zaadkwaliteit of in de kwaliteit van het baarmoederhalsslijm kan IUI toegepast worden.
De gynaecoloog geeft aan wanneer het goede moment daar is om
een inseminatie te doen. De poliassistentes maken hiervoor de
afspraak. U krijgt als het eitje voldoende is gegroeid een injectie met
Pregnyl. 24 - 40 uur daarna vindt de inseminatie plaats. U krijgt een
tijdstip mee wanneer uw man zijn semen moet inleveren op het lab.
Bij een inseminatie wordt er op het lab een selectie gemaakt, zodat
6
de beste zaadcellen gebruikt worden voor de inseminatie (opwerking). Anderhalf uur daarna wordt het opgewerkte semen bij de
vrouw geplaatst. Tijdens deze plaatsing van het opgewerkte semen
brengt de gynaecoloog een speculum in de schede van de vrouw.
De arts controleert de naam en geboortedatum van de man met de
geboortedatum en naam wat op het buisje staat. Vervolgens wordt
een dun slangetje door de baarmoederhals naar de baarmoederholte
gebracht. Door dit slangetje wordt het opgewerkte semen in die holte
gespoten. Hierna blijft u nog even liggen. Als u 15-16 dagen na de
inseminatie nog geen menstruatie hebt kunt u een zwangerschapstest doen. Bent u zwanger dan vindt er bij een zwangerschapsduur
van ongeveer 7 weken een echo op de poli plaats. Bent u helaas niet
zwanger dan belt u op de 1e menstruatie dag of de eerstvolgende
doordeweekse dag om weer een afspraak te maken.
Het is ook mogelijk dat u behandeling een combinatie is van al deze
bovenstaande gegevens.
Dus; een spontane cyclus met wel een IUI behandeling, of een ovulatie inductie met een gemeenschapsadvies.
Algemeen: foliumzuuradvies
Aan alle vrouwen die zwanger willen worden, wordt het advies gegeven om foliumzuurtabletten te gebruiken.
De tabletten zorgen er niet voor dat u gemakkelijker zwanger wordt,
maar foliumzuur verkleint de kans op het ontstaan van afwijkingen
aan het zenuwstelsel van het ongeboren kind.
Patiëntenvereniging
Er bestaat een landelijke vereniging voor ongewilde kinderloosheid.
Deze vereniging heet Freya en is zeer actief.
Freya
Postbus 476
6600AL Wijchen
Tel: 024 645 10 88
Internet: www.freya.nl
7
Op het internet kunt u tevens informatie over vruchtbaarheidsstoornissen vinden via: www.nvog.nl
Ziekenhuis Rivierenland Tiel
Pres. Kennedylaan 1
4002 WP Tiel
Postbus 6024
4000 HA Tiel
Tel. (0344) 67 49 11
Fax (0344) 67 44 19
Internetsite: www.zrt.nl