Gestencilde mededeling Jaargang i960 - Wageningen UR E

Download Report

Transcript Gestencilde mededeling Jaargang i960 - Wageningen UR E

G e s t e n c i l d e mededeling
J a a r g a n g i 9 6 0 - n o . 12
R a p p o r t e n van de Afd. M e c h a n i s a t i e C u l t u u r t e c h n i e k
No. 17
Het dempen van s l o t e n en h e t a a n b r e n g e n van zand i n
w e g c u n e t t e n door m i d d e l van z a n d z u i g e r s i n de r u i l v e r k a v e l i n g e n "Hensbroek" en "De R i n g p o l d e r " .
Bo. 18
Het v e r r u i m e n van de Nieuwe W e t e r i n g i n h e t Land van
Maas en Waal.
Op v e r z o e k van de Werkgroep T a a l g e b r u i k Landbouwtechniek zijn
voor de i n deze r a p p o r t e n genoemde m a c h i n e s de door de Werkg r o e p a a n b e v o l e n N e d e r l a n d s e benaminge'.' g e b r u i k t , welke h i e r onder v o l g e n s
bulldozer = schuiftrekker
dragline
= sleepgraver
dumpe r
= dompe r
bulldozerblad =
cutterzuiger
St.no*543-X600-24-ll-60.
trekkerschuif
= snijxop z u i g e r
Erratumblad,behorende bijI.L.R.publikatieNo.56-November i960
Searbeid bijde rundveeverzorging
Blz. 69 Tabel31
Bijsamengestelde rantsoeneringdient bij
'smorgensvoeren teworden toegevoegd:
10
10kgkuil
Blz. 75 Tabel34
0,6.5
30
20
0,58
0,53
De onderstreepte getallen zijnveranderd?
Reiniging
S t a n d e n ( l i g r u i m t e ) . . . . strooien
3,6
10,8
. . . . reinigenj 3 , 8,4
Perg.v.e.perdag (excl.verzorgingkalveren)
Stno.535-1600-18/11-'60
16,8
153
14,4
10,5 21,-
6,-
Loopruimte
Relatief(20melkkoeien=100)
7.2
158
100
100
28,2
21,-
10,2
10,6
11,-
93
28,2
9,4
7,24,-
16,7
14,1
10,2
hl
93
8,4
11
Voorwoord
Het i s in het algeneen gebruikelijk om werkmethoden aan
te passen aan de omstandigheden waaronder moet worden gewerkt.
Ook de c u l t u u r t e c h n i e k vormt op deze r e g e l geen u i t z o n d e r i n g .
De hiernavolgende rapporten tonen d i t onaer meer aan.
Het r a p p o r t over het v o l s p u i t e n van te dempen s l o t e n en
wegcunetten in de ruilverkavelingen"Hensbroek"en"De Ringpolder"
geeft een indruk van de kosten en v e s t i g t de aandacht op de f a c t o r e n , waarmee men "bij het kiesen van de werkmethoden rekening
moet houden..
Wanneer men overgaat op een nieuwe werkmethode houdt
d i t ait;jd eer: ,<,ûk:er experiment i n . Dat dergelijke experimenten n i e t
altijd voor de v o l l e 100% voldoen behoeft niemand te verwonderen.
Zonder experimenteren komt men n i e t vooruit en van eventuele
fouten kan men l e r e n , ook van de fouten van anderen. Dit l a a t s t e
g e l d t bijvoorbeeld ten aanzien van het verruimen van de Nieuwe
Wetering. Hoewel de tijdschrijving a l l e e n globaal kon worden v e r r i c h t , heeft zij niettemin i n t e r e s s a n t e r e s u l t a t e n opgeleverd.
Wij zijn de Cultuurtechnische Dienst, de I\>.V. Grontmij.
en de Nederlandsche Hoidemaatschappij dankbaar voor de medewerking
die zij hebben verleend bij het verzamelen van de cijfers. Wij hopen
dat de praktijk er zijn voordeel mee zal kunnen doen.
De D i r e c t e u r s
I r . H.H. Postuma
Wageningen, oktober i960
Rapport no. 17
Het dempen van s l o t e n en het aanbrengen van zand in v/egcunetten
door middel van zandzuigers in cie r u i l v e r k a v e l i n g e n "Hensbroek"
en "De Ringpolder".
De omvorming van vaarpolders t o t rijpolders in NoordHolland gaat met hoge kosten gepaard. Een groot deel van deze
kosten b e s t a a t u i t het ontgraven en t r a n s p o r t e r e n van grond naar
t e dempen s l o t e n en de aanvoer van zand voor de aanleg van niéuwewegen.
Kei dempen van de s l o t e n , v/eike een inhoud hadden van
5 t o t 20 m-'/ni gebeurde in de rvk. "De Riugpolüei"' aanvankelijk
doory waar mogelijk, op de aangrenzende p e r c e l e n ondergrond boven
t e ploegen en deze door middel van s c h u i f t r e k k e r s in de s l o t e n
te schuiven. Indien de aangrenzende percelen geen of n i e t v o l doende ondergrond konden opleveren werd de r e s t ontleend aan
hoger gelegen p e r c e l e n , waarbij gebruik werd gemaakt van s l e e p g r a v e r s en GMC's of dompers.
Het zand voor de wegen werd a l s regel met de GaC's van b u i t e n de
te verkavelen gebieden aangevoerd.
Bij bovengenoemde methode was nen in vrij hoge mate afhankelijk van
de weersgesteldheid. Bovendien waren de kosten van het grondt r a n s p o r t n e t de GLiC ' s of dompers aanzienlijk.
Teneinde te komen t o t l a g e r e kosten i s in 1959 een proef genomen
om s l o t e n te dempen en wegen van zand t e voorzien door middel van
zandzuigers, waarbij de nodige specie werd gewonnen u i t een cent r a a l gelegen perceel van de r u i l v e r k a v e l i n g .
Daar de specie voor het g r o o t s t e deel u i t zand bestond werden de
s l o t e n , afhankelijk van de g e s t e l d e landbouwkundige e i s e n , v o l gespoten t o t 0,30 à 0,50 m beneden maaiveld. Hierna konden ze op
v e r s c h i l l e n d e wijzen van geschikte t e e l a a r d e worden voorzien.
In de rvk. "Hensbroek" geschiedde d i t met de ingedroogde bagger
en de grond die voor het dempen u i t dn s l o t e n was verwijderd en
l a n g s de kanten in depot was g e z e t .
In de rvk "De Ringpolder" werden de uitgebaggerde s l o t e n afgedekt
met bovengeploegde ondergrond u i t de aangrenzende percelen en met
grond die vrijkwam bij het graven van de l e i d i n g e n en wegcunetten.
Achtereenvolgens zullen de werkmethoden van de rvk."Hensbroek" en
"De Ringpolder" nader worden u i t e e n g e z e t .
1.
Ruilverkaveling "Hensbroek"
(Sloten v o l s p u i t e n met zand en
afdekken met de van tevoren verwijderde bagger en grond u i t
de k a n t e n . )
De oppervlakte van deze verkaveling bedroeg ongeveer 600 ha, waarvan ongeveer 400 ha a l s g r a s l a n d en 200 ha a l s tuinbouwgrond in
gebruik was.
Het gebied was doorsneden met Kloten en vaargeulen waarvan de
inhoud varieerde van 5 "t0^ 20 m-Vm . De wateroppervlakte bedroeg
ongeveer 17% van de t o t a l e oppervlakte. De waterstand was gemiddeld 0,40 m 'beneden het maaiveld geweest.
Het bodemprofiel b e s t a a t achtereenvolgens u i t een zavel ige laag
t e e l a a r d e van 15-30 cm, een veenlaag t e r dikte van 0-40 cm, een
k l e i l a a g van - 1,50 m d i k t e , welke verder naar benoden zanderig
wordt en op ongeveer 9 ra overgaat in zand.
De draagkracht van de grond was laag c.oor de aanwezigheid van
veen en de hoge waterstand. Ze bleef ook na het droogpompen van
de s l o t e n zo l a a g , dat de sleepgravers in vele gevallen op s c h o t ten moesten werken.
De werkzaamheden in de r u i l v e r k a v e l i n g omvatten .•
1.
de aanleg van wegen (12 kin)
2.
het graven van l e i d i n g e n en kavel sloten en het t r a n s p o r t e r e n
van de vrijkomende grond naar te dempen sloten en g r e p p e l s .
3.
het uitbaggeren en u i t t r e k k e n van t e dempen s l o t e n ,
4.
het volspuiten van s l o t e n met zand.
5.
het afdekken van de volgespoten s l o t e n met de in depot g e z e t t e
grond.
6.
het e g a l i s e r e n van bepaalde p e r c e l e n .
7.
het aanbrengen van dammen en d u i k e r s ,
8.
in bepaalde gedeelten van de r u i l v e r k a v e l i n g het dempen van
s l o t e n door middel van diepploegen en schuiven.
9.
het aanbrengen van drainage in bepaalde g e d e e l t e n .
Het werk werd a l s bestekswei.c uitgevoerd.
De aannemer v e r r i c h t t e de droge werkzaamheden nl.s de werkzaamheden vóór en nà het s p u i t e n , en een onder-aannemer verzorgde
het s p u i t e n .
De aannemer van de droge werkzaamheden had hierbij de beschikking
over de volgende machines :;
1. E Priestman s l e e p g r a v e r s , in bakinhoud variërend van 450 t o t
750 1.
2. 1 C a t e r p i l l a r D 4 schuif trekteer.
3.
4 Pordson îîajor wielt r e k k e r s (60 pk) met 4 aanhangdompers
(2-i- m-> bakinhoud).
De t r e k k e r s waren voorzien van dubbellucht en a n t i - s l i p w i e l e n .
Sén van de t r e k k e r s was u i t g e r u s t met een t r e k k e r s c h u i f .
3.
De onder-aannemer gebruikte twee p r o f i e l z u i g e r s met een maximum
motorvermogen van 160 pk ; één p r o f i e l z u i g e r met een maximum
motorvermogen van 320 pk en een t u s s e n s t a t i o n met een maximum
motorvermogen van 320 pk. De bijkomende werkzaamheden werden u i t gevoerd met een 600 1 Unit s l e e p g r a v e r .
e.
De hoeveelheid grond die door middel van spuiten v e r z e t moest
worden was geraamd op 550.000 m^, v/aarvan ongeveer 60,000 m-'
voor de wegen. Hiervoor zou - 9 ha land nodig zijn. De tijdsduur
van de werkzaamheden was gepland op lp j a a r , waarbij rekening
moest worden gehouden p e t het f e i t dat het land s voorzover d i t
mogelijk 'tias, in c u l t u u r moest blijven.
De u i t v o e r i n g van de werkzaamheden gebeurde in blokken van
40—140 ha ; afhankelijk van het seizoen waarin werd gewerkt.
"Verkzaamheden vóór het spuiten
Alvorens met een blok werd begonnen damde men de s l o t e n
af die in verbinding stonden met het overige g e d e e l t e van de
p o l d e r . Na het droogpompen werden ze door s i espgravers u i t g e baggerd en hierbij werd zoveel e x t r a grond ontgraven a l s nodig was
voor afdekgrond na het spuiten. Deze bagger en grond werd in depot
gezet l a n g s de t e dempen s l o t e n .
Gelijktijdig met het baggeren groef men de nieuwe l e i d i n g e n , k a v e l sloten en wegcunetten. De hierbij vrijkomende grond werd afgevoerd
naar de te dempen greppels en s l o t e n met een inhoud van minder
dan 3 mJ/m en naar p l a a t s e n v/aar onvoldoende afdekgrond voor de
vol te spuiten sloten aanwezig was.
Daar het land in e x p l o i t a t i e bleef moesten tijdens de zomerperiode
s p e c i a l e voorzieningen worden g e t r o f f e n voor de drinkwatervoorziening van het v o o .
Verder werden langs de te dempen s l o t e n en de vol te spuiten wegcunetten tijdelijke a f r a s t e r i n g e n g e p l a a t s t .
Het spuiten
A l l e r e e r s t werd vanaf de z u i g e r s in de zuigput naar het
blok waar met het spuiten zou worden begonnen een p e r s l e i d i n g aangelegd. Voorts werden er buizen gereed gelegd langs de t e dempen
s l o t e n . De l e n g t e der buizen bedroeg 6 m, de middellijn 23-30 cm;
bij het aankoppelen werd a i s a f d i c h t i n g s m a t e r i a a l touw- of
rubberpakking g e b r u i k t .
Hot d i c h t s p u i t e n van de s l o t e n gebeurde in een van tevoren v a s t g e s t e l d e velgorde. Hierb'i werd rekening gehouden met de terugvoer
van het spuitwater door de nog te dempen s l o t e n naar de s p u i t p u t
en met de v o o r d e l i g s t e t r a n s p o r t â t s t a n d van d« buizen, na het v o l s p u i t e n , van s l o o t t o t s l o o t .
Telkens a l s de s l o o t voor de monding van de p e r s l e i d i n g t o t op de
j u i s t e hoogte was gevuld met de bezonken vaste delen van het spuitmengsel werd door twee a r b e i d e r s oen nieuwe buis van 6 m l e n g t e
aangekoppeld. De p e r s l e i d i n g die op deze wijze ontstond bevond z ic h
in het midden van de volgespoten s l o o t .
Het bezinken van de vaste delen u i t de waterstroom vindt g e l e i d e lijk p l a a t s . De h e l l i n g waaronder de vaste delen bezinken bedraagt
bij het dempen van s l o t e n gemiddeld 1:10 tot 1,20*
De minder snel bezinkende k l e i d e e l t i e s trachr'-e men zo gelijkmatig
mogelijk verdeeld bovenin het p r o f i e l te krijgen. Dit werd a l s volgt
bereikt j
Een bepaalde s l o o t werd vóór het spuiten afgedamd, waarna de buizen
werden aangekoppeld in de r i c h t i n g van de dam. Hierbij werd aangekoppeld op een moment dat de s l o o t nog n i e t t o t op de j u i s t e hoogte
was gevuld. Eet kiezen van het moment waarop een buis aangekoppeld
moest v/orden was 'belangrijk. Uit het mengsel bezonk het zwaardere
zand vrij snel na het v e r l a t e n van de p e r s b u i s . De r e s t van het
mengsel, dat dus vrijwel a l l e e n de k l e i d e e l t , j e s b e v a t t e , ging e e r s t
naar de dam en daarna terug over het bezonken zand. De stroomsnelheid was dan inmiddels zo gering geworden dat de k l e i gelijkmatig
verdeeld op het reeds aanwezige zand kon bezinken. Het water
stroomde weer terug naar de zuigput.
Hulpmiddelen hierbij waren verder ;
1
een e n i g s z i n s omhooggericht mondstuk dat op het eind van de
p e r s l e i d i n g werd g e p l a a t s t , w a a r u i t de stroom onder een b e paalde hoek en g e s p r e i d vrijkomt, zodat de snelheid v/ordt verminderd.
2 k l e i n e plaatijzeren of houten schotten om de r i c h t i n g en de
stroomsnelheid van het vrijkomende mengsel te r e g e l e n .
,o
3 afremming van de stroomsnelheid door openingen tussen twee
of meer opeenvolgende buizen aan het eind van de l e i d i n g vrij
te l a t e n , zodat door deze openingen reeds een g e d e e l t e van
het mengsel kan ontwijken.
Do samenstelling en de snelheid van het mengsel moeten
min of meer constant zijn. I s de snelheid van het mengsel t e
g e r i n g en bevat het mengsel bovendien te veel vaste delen dan
kan de l e i d i n g " verzanden. Dit moet worden voorkomen, daar het
verwijderen van het zand in de buizen tijdrovend i s . De gemiddelde
samenstelling i s gewoonlijk 1 deel vas •? stof op 6 delen water.
De gemiddelde snelheid bedraagt meestal 4 t o t 6 m / s e c . Doen zich
op het storx moeilijkheden voor dan kan de s t o r t b a a s dit door
middel van tokens of een•veldtelefoon doorgeven aan de machinisten,
zodat die hun maatregelen kunnen t r e f f e n .
Om naar v e r s c h i l l e n d e s t o r t e n t e kunnen spuiten werden
a f s l u i t b a r e v/issels in de p e r s l e i d i n g g e p l a a t s t . Na het gereedkomen van een bepaald g e d e e l t e in het blok werden v i a de wissel
de s l o t e n en wegcunetten in een volgend g e d e e l t e volgespoten en
konden de buizen worden afgekoppeld en in een volgend g e d e e l t e
worden gereedgelegd.
Dit werk werd gewoonlijk verzorgd door twee a r b e i d e r s die daarbij
de beschikking hadden over een t r e k k e r en een wagen.
5.
Zoals reeds i s vermeld werd gebruik gemaakt van twee t-ypen
p r o f i e l z u i g e r s , n l . twee zuigers met ieder een maximum motorvermogen van l60 pk en één p r o f i e l zuiger met een maximum motorvermogen van 32O pk gecombineerd met een t u s s e n s t a t i o n met een
motorvermogen van eveneens 320 pk„ De middellijn van de zuigbuis
bedroeg b i j deze z u i g e r s 23 om, de buizen van de p e r s l e i d i n g
hadden een diameter van 23 cm; 25 cm en 30 cm. De l e n g t e per
buis was 6 m. Bij het koppelen van buizen die langere tijd in g e bruik zouden blijven werd een touwvoeri-g g e b r u i k t .
De zuigers spoten a l l e e n of in combinatie wat voornamelijk afhing van de t r a n s p o r t a f s t a n d (weerstand) in de l e i d i n g .
De afstand waarover in Hensbroek moest worden gespoten, v a r i e e r d e
van 100 t o t 2000 m.
Bij het zuigen on persen met een bepaalde zuiger wordt de snelheid
van een mengsel over variërende afstanden op p e i l gehouden door
r e g e l i n g van het t o e r e n t a l van de pomp en door r e g e l i n g van de
samenstelling van het mengsel. Werd,, s o a l s h i e r het geval was,
de l e n g t e van de p e r s l e i d i n g t e groot dan schakelde men het
t u s s e n s t a t i o n in of men l i e t de zuigers met of zonder hulp van het
t u s s e n s t a t i o n in combinatie werken, waartoe in de zuigput gebruik
word gemaakt van een drijvende mengbak. Door een of twee zuigers
werd dan het mengsel in de mengbak gespoten waaruit het vervolgens
weer werd opgezogen door een andere zuiger die het naar h e t s t o r t
p e r s t e . Deze l a a t s t e zuiger kon op deze wijze meer kracht ontwikkelen om te persen.
In tabel Iisweergegeven opwelke wijzev/erdgewerkt
nl.
,o
met een160pkprofielzuiger dierechtstreeksnaar destortplaats spoot (gum.afstand500 ra).
2
m.eteen160pkprofielzuiger, diede specie ineenmengbak
spootwaaruit vervolgenswerdvertransporteerd door een
profielzuigervan160pk (gem.afstand620m).
3
met eenprofielzuiger van 320pk diorechtstreeksnaarde
stortplaatsspoot. (gom.afstand 720m ) .
4
met een65O1 sleepgraver,dieaekleihoudende bovengrond
in eenmengbak deponeerde eneen160pkprofielzuigerdie
eveneensspeciemetwater indemengbakbracht,waarnahet
mengseluit demengbakwerdgezogen door eenprofielzuiger
vanI6Opk diehetnaar dostortplaatsperste (gem.afstand
55Ora).
5
met eenprofielzuiger van 320pk diemetbehulp vaneen
tussenstation van 320pk despecie naar de stortplaats spoot
(gem.afstand1155m)•
6° met tweeprofielsuigersvanl60pk die despecieineenmengbakspoten,waaruit zijdoor eenprofielzuiger van 320pkwerd
gezogen envervolgensvia een tussenstation van 320pknaar'
de stortplaatswerd geperst (gen;,afstand l605m).
6.
".De in de "tabel weergegeven u u r c a p a c i t e i t e n zijn g e middelden van meerdere weken s p u i t e n . Ze v a r i ë r e n e c h t e r van uur
t o t uur. De v a r i a t i e i s vooral een gevolg van de grondsoort en
de z u i g d i e p t e . In bepaalde gedeelten van de zuigput was de
p r o f i e l opbouw ongunstig voor het behalen van optimale c a p a c i teiten.
Het veen, het fijne zand en de k l e i , welke l a a t s t e tot op een
diepte van 9 m voorkwam, waren voor de p r o f i e l z u i g e r s moeilijk
verwerkbaar. Aanvankelijk i s men er toe overgegaan de bovengrond
( k l e i en veen) met een sleepgraver in de mengbak te deponeren
waarin tevens een zuiger van 160 pk spoot. Het mengsel dat aldus
in de mongbak werd gevormd l i e t zich daarna door een tweede
zuiger van 160 pk redelijk verwerken. Later l i e t men de s l e e p graver de bovengrond l o s s p i t t e n en in de s p u i t p u t werpen. Dit
gebeurde tegelijk, met h e t s p u i t e n . Als men in wegennetten moest
spuiten BOLST; do s l e e p g r a v e r ermee ophouden. Sr werd dan op een
diepte gezogen waarop zich geschikt zand bevond.
De in de t a b e l genoemde uren voor " s t e l l e n " hebben in
hoofdzaal-: betrekking op hot zgn. voeringsteken. liet mengsel dat
door de zuigers wordt verwerkt, veroorzaakt vooral bij de pompen
g r o t e slijtage. Deze pompen zijn zodanig geconstrueerd dat v e r s l e t e n delen vrij gemakkelijk door nieuwe kunnen worden vervangen.
Het vervangen van v e r s l e t e n delen wordt voeringsteken genoemd en
i s opgenomen onder de uren " s t e l l e n " .
Het aantal manuren omvat de uren van de a r b e i d e r s die
op het s t o r t do buizen aan- en afkoppelden en het t r a n s p o r t van
de buizen verzorgden.
Het aantal manuren voor de bediening van de zuigers en het
t u s s e n s t a t i o n i s n i s t opgenomen.
Werkzaamheden na het spuiten
Ongeveer een week na het v o l s p u i t e n konden de s l o t e n
worden afgedekt met de in depot g e z e t t e grond.
Gedurende de winterperiode gebeurde d i t door s l e e p g r a v e r s .
Later werd hierbij een C a t e r p i l l a r D 4 sehuif t r e k k e r ingeschakeld.
De D 4 schoof de grond t o t aan de si "jt, waarna zo door een s l e e p graver verder werd verwerkt.
Dat n i e t al d i t werk door de s c h u i f t r e k k e r s werd v e r r i c h t i s het
gevolg; van het f e i t dat de betreffende aannemer over s l e c h t s één
r u p s t r e k k e r b e s c h i k t e , terwijl hii er wel s l e e p g r a v e r s voor beschikbaar had. Bovendien was de draagkracht van de grond in bepaalde
gedeelten t e gering om de s c h u i f t r e k k e r met succes te kunnen g e bruiken.
7.
2
'
Builverkaveling "De Fdngpolder"
( s l o t e n v o l s p u i t e n met
zand en afdekken met ondergrond u i t de aangrenzende p e r celen en nieuwe .leidingen,)
De oppervlakte van deze verkaveling bedroeg ongeveer
110 ha°? hiervan bestond 14y£ u i t water. Het land was voor het
g r o o t s t e g e d e e l t e in gebruik a l s g r a s l a n d . De inhoud van de t e
dempen s l o t e n v a r i e e r d e van 5 "tot 20 m->/m . Het bodemprofiel van
de zuigput bestond u i t een k l e i l a a g t e r d i k t e van 1,60 t o t
3, - m overgaand in zand dat p l a a t s e l i j k was vermengd rnet schelpen
en op bepaalde diepten werd onderbroken door een veenlaagje. Op
een d i e p t e van ongeveer 11 m werd leem aangetroffen.
De draagkracht van de grond wa.s goed en men behoefde met de
sleepgraverc n i e t op schotten t e werken.
De werkzaamheden in dose verkaveling omvatten s
1
de aanleg van wegen (5420 m ) .
2
het opschonen van Ù t e dempen.sloten en het verspreiden.van
de modder.
het graven van l e i d i n g e n en bermsloten, v/aarvan de vrijkomende grond op de kant werd g e s t o r t .
3
4
het dempen van s l o t e n door middel van s p u i t e n ,
5
het afdekken van de volgespoten s l o t e n met boven t e ploegen
ondergrond en schotwalgrond.
6
het e g a l i s e r e n van de p e r c e l e n .
De u i t v o e r i n g van de werkzaamheden gebeurde door één
aannemer met meerdere onderaannemers. De aannemer nam z e l f de
droge werkzaamheden voor zijn rekening, n l . het graven van l e i dingen, bermsioten en wegcunetten en het afdekken van de g e dempte s l o t e n met bovengeploegde ondergrond.
Hij had de beschikking over de volgende machines, die naar b e hoefte werden ingezet en n i e t steeds op het werk aanwezig waren
( d i t in t e g e n s t e l l i n g t o t "Hensbroek") s
1
7 s l e e p g r a v e r s , n l . twee 650 1 Lorains, één 750 1 NCK,
één 500 1 HOK, één 600 1 Buckeye, één 650 1 19 EB en één
mobiele kraan van 250 1.
2
7 s c h u i f t r e k k e r s , n l . 4 C a t e r p i l l a r ' s D 6, 1 C a t e r p i l l a r D 7,
2 C a t e r p i l l a r ' s D 8,
Het vervoer van grond u i t de l e i d i n g e n gebeurde door een onderaannemer, die hierbij gebruik maakte van een a a n t a l 1-^- m3 aanhangdompers.
Het diepploegen ten behoeve van het afdekken van de gedempte
s l o t e n werd eveneens onderaanbesteed.
8.
Twee andere onderaannemers spoten de s l o t e n vol met zand met
"behulp van :
1.
een snijkopzuiger met een maxiroum vermogen van 165 pk en een
t u s s e n s t a t i o n met een maximum vermogen van 200 pk.
2,
een p r o f i e l z u i g e r mot een maximum vermogen van 400 pk.
'De hoeveelheid grond die d e r middel van z u i g e r s moest
worden verzet was geraamd op 119.000 t i \ waarvan 29.000 m^ voor
de "wegen. Een oppervlakte van ongeveer 2 ha was nodig voor het
winnen van de s p e c i e .
De tijdsduur van de werkzaamheden v/as geschat op ongeveer zes
maanden.
De u i t v o e r i n g vr-n het werk vond p l a a t s in de zomer. Omdat n a a s t
de egal is,:,tj.s van do percelen ook grond neaig '••as voor het afdekken van de volgespoten sloten;was het lana geheel u i t de
exploitatie.
Werkzaamheden vóór het spuiten
De te dempen s l o t e n werden afgedamd, drooggepompt en
vervolgens uitgebaggerd met s l e e p g r a v e r s . De "bagger werd door
schuif t r e k k e r s over het perceel v e r s p r e i d . Gelijktijdig met het
baggeren werden de l e i d i n g e n en de wegcunetten gegraven. 'De vrijkomende grond werd in depot gezet en was bestemd om er l a t e r de
volgespoten s l o t e n mee af te dekken.
Nadat de v e r s p r e i d e bagger voldoende was ingedroogd, begon men
met het diepploegen van de p e r c e l e n . Er werd hierbij zoveel
grond bovengeploegd a l s nodig was voor plaatselijke e g a l i s a t i e
en voor het afdekken van de s l o t e n .
Spuiten
De opmerkingen tenaanzien vanhet spuiten inde
rvk."Hensbroek"gelden inhoofdzaak ookvoorhet spuiten inde
rvk."DeHingpolder",
Dezuigerswaren echtervaneenandei type.Eénvande zuigers
wasuitgerustmeteen sn-jkopdiegebruiktkonworden alsklei
ofslechtvloeiendzandmoestwerdengezogen.
De in detabelweergegeven capaciteiten zijngemiddeldenvan
meerdereweken spuiten.Zevertonen eveneenseengrote variatie
vanuur totuur enzijnlager danin dervk. "Hensbroek".Deoorzaakwas,dat indervk..!'DeRingpolder"gemiddeld overeen
grotere afstandmoestwordengespotenmet zuigers die eengeringermotorvermogen hadden,waardoor desnelheid endesamenstelling vande specienietoptimaalwaren.
Omdatdeprestatiesvandezuigerslagerwaren danmen
verwacht had,dreigde deaannemer(dieciedrogewerkzaamhedenuitvoerde)tever ophet tijdschemaachter tegeraken. Inverbandhiermeewerdbesloten om dakleinere sloten tedempenmet op teploegen ondergrond.
Een overzicht van dewerkzaamheden en decapaciteiten vindtmen
in tabelII»
9.
Werkzaamheden na het spuiten
In t e g e n s t e l l i n g t o t de uitvoeringswijze in de rvk.
"Hensbroek" werden h i e r de volgespoten s l o t e n in hoofdzaak afgedekt met opgeploegdo kleigrond u i t de aangrenzende p e r c e l e n
en met grond u i t de nieuwe l e i d i n g e n . Het afdekken werd v e r r i c h t
door de s c h u i f t r e k k e r s , die de grond over een gemiddelde afstand
van 60 m moesten vervoeren. De p e r c e l e n werden daarbij gelijktijdig
g e ë g a l i s e e r d en vervolgens gedraineerd? gewoeld en geploegd.
Nabe schouwing
Het gedeeltelijk dempen van s l o t e n en het aanbrengen
van zand in de wegen door middel van spuiten i s zowel in de rvk.
"Hensbroek" a l s in de rvk. "De Ringpolder" met succes u i t g e v o e r d .
Het o p s t e l l e n van kostenvergelijkingen van de oude en de nieuwe
werkmethoden i s momenteel n i e t mogelijk, daar nog onvoldoende
cijfermateriaal voorhanden i s betreffende de droge werkzaamheden.
Voordelen die het spuiten b i e d t ten opzichte van andere
werkmethoden zijn 2
1.
dat hot aanbrengen van zand in de wegcunetten op eenvoudige
en goedkope wjjze p l a a t s kan vinden (er moet e c h t e r g e s c h i k t
zand voorkomen in de betreffende v e r k a v e l i n g ) .
2.
dat men minder afhankelijk i s van de w e e r s g e s t e l d h e i d , waard o o r het mogelijk wordt om ook ' s w i n t e r s door te werken.
3.
dat men, a l s goen ondergrond bovengeploegd behoeft t e worden,
voor e g a l i s a t i e s en afdekgrond voor de volgespoten s l o t e n ,
een groot g e d e e l t e van het land in e x p l o i t a t i e kan houden.
Bij het o p s t e l l e n van kostenvergelijkingen van v e r s c h i l lende werkmethoden zal ten aanzien van het spuiten rekening moeten
worden gehouden met s
1
de hoeveelheid t e v e r s p u i t e n grond, in verband met aan- en
afvoerkosten, waarbij vooral de hoeveelheid zand die voor de
wegen nodig i s , van belang i s daar de kostenbesparingen j u i s t
bij d i t onderdeel aanzienlijk kunnen zijn.
2
de afmetingen van de te dempen s l o t e n . De s l o t e n moeten v o l doende groot zijn, omdat bij k l e i n e r e s l o t e n het dempen met opgeploegde ondergrond van de aangrenzende p e r c e l e n v o o r d e l i g e r
kan zijn.
3.
de profielopbouw van het perceel waaruit de benodigde grond en
het benodigde zand gewonnen zullen worden.
De c a p a c i t e i t van de zuigers (en dus de kosten) hangt nauw
10.
samen met de grondsoort die moet worden verwerkt.
Een onderzoek naar deze prof i e l op"bouw, waarbij bovendien
rekening wordt gehouden met de eisen die aan het zand
voor de wegen worden g e s t e l d , i s noodzakelijk.
4.
de aankoopprijs van het p e r c e e l grond, waaruit de specie
zal worden gewonnen.
5.
het uitbaggeren van te dempen- s l o t e n . iVorden de s l o t e n n i e t
of onvoldoende uitgebaggerd, dan b e s t a a t de kans dat modder
" i n g e s l o t e n " wordt, doordat het zand u i t het spuitmengsel
over opgedreven modder heen g a a t . Het kan lang duren, voordat deze p l a a t s e n voldoende droog sijn«
6.
de plaâXii?.^ van de "droge" en " n a t t e " werkzaamheden. Deze
moeten op een j u i s t e wijze bij elkaar a a n s l u i t e n .
7.
de g r o o t t e van de t e kiezen p r o f i e l - of snijkop z u i g e r s ,
welkt samenhangt met de t r a n s p o r t a f s t a n d en de verwerkbaarheid van de grond.
£V
c
1
•^
I
...._ I
I
CD
CD
OD
I CD
I CSJ
co
QO
LO
I LT3 C O
co
Cv)
co
I 1I CD i
CD
CD
CD
LO
I
CO
co
CD
OO
co
co
1LO C
en
I •*•
l cz> <
CD
L O
Ovl
CD
Cvj
LO
CO
O
o o
LO
co
Cvj
CD E !
£=,—
1
ca 05 c : i
«o
co
LO
C\J
CD
Cvj
CO
CO
CD
LO
CD
o
OO
Cxi
co
CT)
CO
L O
CD
O-J
CO
CD
CO
LO
r—
CP
V
- o
. f —
8 _**:
ÜJ
CD
C
3I
C
CO
03
c
CO
CSI
CD
cv;
CSJ
O
co
«p
I
c l
a> i
s- i
3 l
e I
CO I
CU
LO
l
eI
-4CO
LO
LO
4
I
-4-
CD
SI
C l
CU 1
i- 1
=s 1
1
1
CU I
t- I
•Si
(O I
- )1—
CO I
I
-»^ I
c
1
1
m 1
c 1
e 1.
I
i
COI
« 1
c 1
co i
co 1
00 1
c
CD I
CXI
-H"
cCU
' 1
C 1
03 1
1
1
CD
n
CD
-4CsJ
CD
CD
O-J
L O
CSJ C D
co e n
O
LO
CNJ
1
1
1
"til
CD
LO
I
co
L O
o
1—
CO
1
CD
CO
i—
CD
CO
CO
_*:
ca
ao
LO
1
LO
-*
CD
CSJ
CO
• > •
a
1
1
1
1
11
1
1
1
1
1
CO
r—
o
CO
-sf
CD
LO
I
1
I —
en
CD
LT>
I
CO
csj
L O
r—
- * •
i —
oo
1-
1
CD
s
1
1
1
~JCSJ
L
1
1
1
1
CD
CSJ
l
oo
cô
CO
CT)
LO
LO
CD
LO
vs.
LO
I
I
I
CI
I
S_
eu 1
Oï
£_
•>—
OJ
- ^
rs I
I
co I
£_
Mco
LO
«3
.O
v:
u
eu
O
OD
LJ
-
x:
o.
CD
OJ
CD
OsJ
Cl. CO
0)
i
O) . . y
cm
eO
co
-O
.Y
o_
O
CNJ
CO
.:*
t-Jr.
f >
CsJ
CO
CD
CO
•—
CD
Csl
CO
CD
CSJ
CO
CD
CSJ
CO
>I
cl
•-a I
c
Ä
i
i
i
I
1
t.
a
1
'
>
ca
!
:
CX
i_
CT>
U
03
c^
05
=*
CD
CO
CT
CO
or)
s
I
LO
r:
aj
s_
f —
-t- 1
t_:
<M
-41
CD
CJ
,_CO_
m
ra
(
CD
CJ
I—
s_
r—
•
•—
a)
- CD
c O
t.
ca ÜJ
'JJ ^ 3
**
I
Y
<Â3
ca
LO
CO
CO
^3
o
>
m
i CT» C
I
C3
c: - Hm1
ca
R
CO
I
m
-t—i
o
C
r*
i^
rt
-c
c:
en
(O
r-^
k.:
Csl
CO 1
c: t
-*
n
O
(VJ
*— •—
CO
CD I
col
V) I
O
O
t
1
CT)
LO*
CO
CO
CO
1
rco
-
O
C\l
1
S-I
CD
CO
LO
CO
C\l
'r-
ra
w
I
Rapportno.18
Hetverruimen van deNieuweWetering inhetLandvan
Maas enWaal
In het r i v i e r k l e i g e b i e d van het Land van Maas en Waal i s in de
periode van maart - november 1959 e o n g e d e e l t e van de Nieuwe
Wetering, die een onvoldoende a f v o e r c a p a c i t e i t had, 0 , 7 5 - 1 « - m
v e r d i e p t en aan één zijde 2-5 m verbreed., Eet nieuwe p r o f i e l kreeg
een bodembreedte van 4 t o t 6 m en t a l u d s van boven naar beneden
van l i l , I J 1-g-, 1 ••: 3. Laartoe moeet het oude p r o f i e l met
i 25 m /m worden v e r g r o o t .
Aangezien zich onder het k l e i d e k op wisselende diepten zand bevond was bepaald dat op die p l a a t s e n zo nodig b e t u i n i n g moest
worden aangebracht.
De l e n g t e van het te verruimen deel bedroeg - 5.000 nu Het was
onderverdeeld in 3 besteiken waarvan er 2 gelijlctüdig werden u i t gevoerd met behulp van snijkopz u i g e r s . Het clerd^ 'bestek kwam enige
tijd l a t e r in u i t v o e r i n g . Daarbij werden s l e e p g r a v e r s g e b r u i k t .
Hieronder volgt een k o r t e omschreiving van do toegepaste werkmethoden. De p r e s t a t i e s van de machines onder de v e r s c h i l l e n d e
omstandigheden zijn weergegeven in de t a b e l l e n . Het was n i e t mogelijk a l l e werkzaamheden van de bestekken to r e g i s t r e r e n . Het g e r e g i s t r e e r d e g e d e e l t e dat in de t a b e l l e n i s weergegeven dient dan
ook a l l e e n om een i n z i c h t t e verschaffen in de c a p a c i t e i t e n van
de machines.
Bestek 1
Het e e r s t e bestek had betrekking op het g e d e e l t e van de Nieuwe
Wetering vanaf het gemaal.
De machines die g e b r u i k t werden waren een 320 pk snijkopzuig e r ,
twee s l e e p g r a v e r s van 800 1, (MCs en aanhangdompers.
De snijkopzuiger bracht de wetering op de gewenste diepte en spoot
de grond naar de van porskaden voorziene depots.
Dsar waar de l e i d i n g tevens moest worden verbreed werd een s l e e p graver ingeschakeld om s
1
de kleigrond van de verbreding in de v/et e ring t e werken, zodat
ze zich gemakkelijker l i e t zuigen,
2
de taluds t e maken on waar nodig behulpzaam t e zijn bij het aanbrengen van de b e t u i n i n g .
De met de sleepgraver "to verwerken grond werd. p l a a t s e l i j k ook met
G.M.C.'s of aanlumgdompers afgevoerd n a a r de te dempen s l o t e n .
In geval betuinir.g moest worden g e p l a a t s t , l i e t men een s t r o o k
grond bij wijze van dam evenwijdig aan het t a l u d van de wetering
z i t t e n . De aldus gevormde werkputten werden droog gehouden door
pompen. De gronddam werd l a t e r door de zuiger verwijderd.
Bij het aanbrengen van de- betuining werd veel hinder ondervonden
van de inzakkende t a l u d s o p ' p l a a t s e n waar in het p r o f i e l zand
voor kwam,dat door kwelwerking werd weggeperst. Deze verzakkingen
van de t a l u d s v/erden opgevuld met k l e i en zoden.
Tabel I g e e f t oor overzicht van de c a p a c i t e i t e n en de kosten van
het ;ui,::L ;-• :•• do ••n'jkopz u i g e r .
üp de p l a a t s e n waar de te verwerken specie overwegend u i t k l e i
bestond waren ce p r e s t a t i e s g e r i n g , ondanks het f e i t dat de zuiger
met een snijkop was u i t g e r u s t .
Zand en modder en zand met een weinig k l e i l i e t e n zich door de
snijkopzuiger goed verwerken.
De kosten per m-5 die in de tabel genoemd zijn, hebben a l l e e n betrekking op het zuigen. De kosten van het aanbrengen van betuining met bijkomende werkzaamheden van de aanleg van de p e r s kaden en vàn de door de sleepgravers v e r r i c h t e ontgravingen met
bijbehorende grenaafvoer zijn h i e r i n n i e t meegerekend.
Bestek2
Bijhet tweede bestek ishet verruimen ook dooi'een snijkopzuiger
verricht.Hetmotorvermogen van deze zuigerbedroeg 165pk.
Vóórmenmet dewerkzaamheden begonwerd dewetering overeen
lengte van-500m afgedamd.De verbreding vond aan éénkant
plaats.Aar.deanderekant vandeweteringkwam hetgronddepot
van dezuiger teliggen.
Achter hetgronddepotwas eenomleidingsslootvoorhetbovenstroomsewatervan deI-ïieuweWetering aangelegd.Deuit deze
sloot afkomstigegrond werd,evenals eengedeelte vandeuitde
verbreding ontgraven grond,gebruikt voorhet opzetten vaneen
perskade omhet depot.
Het ontgraven van degronduit deverbreding gebeurde door twee
sleepgravers.Een4501Boom, die op deverbreding stond,maakte
het talud endeponeerde degrond in dewetering binnen hetbereik
van een10001Boom, welke zich op deandere oeverbevond ende
grond inhet depotbracht.Degiek vandelaatstgenoemdemachine
wasnietlang genoeg omhet talud tekunnenmaken.
Ma dezewerkzaamhedenwerd dewetering docr desnijkopzuigerop
diepte en onderprofiel gebracht.Hetwater dat door dezuigerin
het depot werdgespotenkwam400-500m verderweerindewerkput.
Vervolgens werd de bet u i n i n g g e p l a a t s t . Daartoe werd de werkput
leeggepompt mot de z u i g e r . Er v/erd zeer veel hinder ondervonden
van het kwelwater dat door het wegvallen van de tegendruk het
zand u i t taluds spoelde, waardoor inzakkingen ontstonden. De i n zakkingen werden gevuld met k l e i en zoden die moesten worden aangevoerd.
Het inzakken van de taluds moet voor een deel v/orden geweten aan
het te breed zuigen in de bodem en aan het leegpompen van te
g r o t e werkputten voor hex .aanbrengen van de bet u i n i n g .
De c a p a c i t e i t e n vein de zuiger zijn weergegeven in t a b e l I I .
De kosten die in de tabel zijn genoemd hebben a l l e e n betrekking op
de in de t a b e l vermelde werkzaamheden.
De zuiger behaalde ook in d i t bestek op de p l a a t s e n met overwegend k l e i in het p r o f i e l een geringe c a p a c i t e i t . Voorts zij opgemerkt dat in/"1 zuigerpersoneel geer. of vainig ervaring had met
het zuigen 7.-.'•• d i t s o o r t , voor hun doen betrekkelijk k l e i n e l e i dingen, waarbij tevens rekening moest worden gehouden met zand en
kwel. Door een b e t e r e planning en een b e t e r e l e i d i n g hadden op
d i t bestek de kosten aanmerkelijk l a g e r kunnen zijn»
Bestek 3
Het verruimen van d i t g e d e e l t e van de Nieuwe Wetering werd in
hoofdzaak met s l e e p g r a v e r s u i t g e v o e r d . Wel i s aanvankelijk een
baggerpers g e b r u i k t , maar deze i s s t i l g e l e g d omdat de c a p a c i t e i t
te g e r i n g v/as. Ook h i e r werd de wetering aan één kant verbreed
en moest de u i t de verbreding vrijkomende grond langs de overkant
van de wetering in depot worden g e z e t .
Er v/erd gewerkt in p u t t e n van 70 - 100 m l e n g t e , welke werden
afgedamd door middel van gronddammen en drooggelegd en drooggehouden door middel van d i v e r s e pompen. Een omleidingssloot voor
het bovenstroomse water was aangelegd aan de achterzijde van hot
depot.
Er werd gebruik gemaakt van de volgende sleepgravers:; een 1050 1
Rapier, oen 750 1 Hovers en een 650 1 Hovers.
De 65O 1 Hovers stond op de strook land die in de verbreding viel}
hjj maakte het t a l u d en deponeerde de grond in de wetering.
De betuining word d i r e c t achter deze machine aangebracht. Op de
in de wetering gedeponeerde grond stond op schotten de 750 1
Hovers, die de grond binnen het b e r e i k bracht van de 1050 1
Rapier. De laatstgenoemde machine stond op de andere kant van de
wetering en z e t t e de grond in depot. Een vierde sleepgraver zorgde
voor de afwerking van hot t a l u d achter de 1050 1 machine.
Evenals bij de voorgaande bestekken was het ook h i e r n i e t mogelijk
om a l l e werkzaamheden to r e g i s t r e r e n .
Een o v e r z i c h t van de c a p a c i t e i t e n en kosten vindt men i n de
t a b e l l e n I I I a , I I I b en I I I e .
4.
Nabeschouwiiig
De t a b e l l e n geven a l l e e n een i n z i c h t in de c a p a c i t e i t e n van de
v e r s c h i l l e n d e machines, maar n i e t in de t o t a l e kosten van elk
bestek.
De conclusie die u i t deze n a c a l c u l a t i e kan worden getrokken i s ,
dat men hij het verruimen van l e i d i n g e n met een snijkopzuiger voorzichtig' moet zijn. Dit i s vooral van belang in gebieden waar men
rnet overwegend zware k l e i te doen heeft en op p l a a t s e n waar kwel
en zand voorkomen, Zo moest bijvoorbeeld in bestek 2, waar men
met de /ruiger een te groot g e d e e l t e van de wetering- droogpompte,
onnodig veoi nawerk worden v e r r i c h t aan ..a.' ï d u ^ .
6
De uitvoeringswijze van het 3 bestek, v/elke dus vrijwel geheel op
het gebruik van sleepgravers was gebaseerd, v e r d i e n t onder de
omstandigheden zoals deze over het algemeen bij de Nieuwe Wetering
waren5 de voorkeur boven de werkmethoden met z u i g e r s .
Alleen in het g e d e e l t e van het e e r s t e bestek grenzende aan het
gemaal, waar overwegend modder in het p r o f i e l voorkwam en zich
aan weerszijden van de wetering wegen bevonden,leverde het werk
van de zuiger bevredigende r e s u l t a t e n .
CD *CJ
Ol
CO
co
O
a.
CXI
CM
-SJ-
en
0_w<TOOO
CM
Ol •
ao
OT
CD
LO
CM
i
•~
I
c
CO
/CC
^f•ca
LO
co
r—
LO
CM
CM
s
L O
CO
co
en
O
CD
LO
I
i —
-=*•
CO
LO
CO
r-
CD
oo
CO
CO
un
ro
ai
CM
CM
1
LO
O
CD
CO
CD
CD
CO
CM
CM
1
CO
CD
CD
CO
1
CD
CD
CO
CD
CM
ro
CD « -
•—
CD
CD
CO
O
CVJ
1
1
CO
oo
LO
LO
CM
1
CO
CM
-si-
CO
LO
1—
CD
LO
LO
CM
CO
LO
CO
CD
CM
CM
CO
CD)
CO
CO
ao
CO
I—
LO
CM
CD
CM
CM
CD
OO
LO
pCM
LO
LO
CM
CD
OO
CM
CO
i
oo
LO
I
O)
CO
CD
co ta (cg s- si
1
oo
CD
LO
1
CX ~*->
o
CD
LO
O
LO
-d-
r—
CD
LO
I
CT)
Ol
Öl
CB
3
•
E
0?
!
<D1 t o
C
tCD CD
CS ,—
I
en
O
co
co
CO
CO
-a-
O-
ai - n n
O
1
t
1
•*>
TO
£_ TO
œ c:
t- -o o
o
CDD
oo
CO
en
LO
CO
CD
oo
+I
CD
ao
co
o->
LO*
CD
CM
Ü
m c
Ü)
co
co
co
i-'or-J
co
1
—1_
I
C0
ï_
"X
er,
•+->
•+-•
tr
C3
t—
cu
5
o.i
,— ,—.
CÜ
CC
-H
1
CW
- w
C
o
|
n
C3
1
_Ü
03
•
JZ
C
c:
• en
C3
-
CO
co
J
!
CD
ro . r O . -*~<
CD
(\j
a;
t__
CO
_, ,,
co
1
co
O
co
c:
»
>
a>
t-
ca ••—
I
L 0
C
"~
O
CO
c
CD
£_
Z3
H—
£ZD
cr>
--— ..-
CD
1
oo
CD
-t-*
<S>
1 —
CD
1
C j
OO
i
co
t l
ü>
t_
ZÎ
C
M
•
co
--I--
._.
"O
O
t~
G-
E
uO
co
C
CD
c
QJ
O
CO
1
1
C
CD
J>J3_
r~
.r-
CJrt CO
^
S-
CD
O
>
ta
co
LO
1
1
rco
1 °°
lT)
CO
>—'
•
!
1
1
]
!
!
o
i_
CD
=s
CD
>
d>
' r~
"O
C
CD
r-J
OJ
•—
CD
,—
.XL
1
1
1
I
1 *°
1
•1
Q3
1 sOD CD
O T O
en î„
O
O
O CD
t - E= e :
LO
OU
e
e
I O) o o
I - P - O Ou
"O
I3 c œ
1 a . <» c
l-^-O —
••—
o.
CD
CD
>
>
CxJ
ÛO
L O
ao
OO
04
CD
CO
CD
O
i
CD
—
ja
I
en zr: r c
o
o
LO
CD
LO
r -
O
CO
-a-
I
1
1
co
r^co
C^J
L O
co
OJ
r—
LO
t-
CD
>
O
LU
,
CI
<>
LIA
1m
1 co
1a
i - Il
=3 I
I
l-f^
I
CD
r—
LO
LO
.
._' _—
.
I
t
1
IH-
J
1-^
o
O I
CO I
-
«
t-
'
LO
CD
_-T7*
•..
1
i-.
1
1
CD
LO
LO
!
1
Io
I
«.
CD
t
a) - H I
1
-a o i
1
-^
c: j z j
i CD O
O |
l e
NI LO i
I
i
1^
CD
t o
4 -
1
o
1
_..
im
~i
CD
-Ci
c_
~~ ~_T_
CO
,
1"
1
r -
I
*
CO
4! LO
1 LO
- 1 ••• -
O
-ah
CD
en
r-j.
CD
CD
1
1
O
CD
LO
CO
« i i:
LZ
p—
i
i -P
II O
\-t-I
I
CD I
"HCO
I
l
CD
LO
£
—
I
I
LO"
LO
Osl
Cxi
CD
I
tFI
as
LO I H CD C^J I U
I
1 - ^
I a>
!s
t
>
CD
00
CD
CNJ
C^J
CD
CD
O
CD
-et*
r—
- r
<•>•>
c*j
C5
LO
tr—
. In
i
i
i
i
L O
+1
co
•—C 5
--
1
1 C-4
Csl
1
1 CT>
I
m
Cvl
CD
CD
LO
x—
CE:
1
So
o
CD
-Z3
~zt
.
t_
CJ
CD
-^C
U
CD
C
03
CO
£_
O
c:
c=
O
O
-2
>
ca
>
> •
C
CD
e
c_
-3
"W
t
>
CD
a>
H-»
CD
t :
CD
e
'TJ
=2
O
£_
CD
(71
i :
..V
*~
c^
-4-»
r—
U>
0)
CT»
CJ\
CD
CD
CD
t-J
—.
cc
i —
CO
c?
CD
-3=
1s
1~
CD
LO
-*
CD
LO
r—
CD
LO
CD
*
1
<NJ
S_
CD
>
en
e
~n
-+-'
CD
a r
C\l
CD
a>
f —
M
CD
•
oo
CD
en
> •
-^
CD
r n
en
-o
c:
CD
p-^
en
i
i
l
i
1 LU
i-a
col ai
t - i - o
cD|-a
> i ~ -
erj Bi
C J — .
a j i ^ r
e u t ra
i — l ca
toi-*-»
Csijl
CD
CD
S
i n
<—>
,.
>
L.
U
-ZD
..—
en
'~T
Q
<£>
ooE
c ---^
-
r~ "T-t
C7I
M-
_ .4...
•1—1
°l
tml
u
-*->CD
. tr
rai
ol
.
3
O)
TD
-e
a
LADDER
mm
SPROEIPIJP
SCHUIFAFSLUÏTER
a.
BE-
<î>f—I
Schematische tekening van een profielzuiger.
Aan de sproeipljp wordt de persleiding bevestigd
Snijkopzulger in de Rlngpolder
Gedeeltelijk volgespoten sloten inde Ringpolder. In de persleiding zit een wissel
Mondstuk voor het spreiden van de vloeistofstroom .
(foto CD)
Het einde van de persleiding. Tussen de
laatste buizen bevindenzich openingenom
de stroomsnelheid af te remmen. Ophet
land liggen de persleidingsbuizen gereed
voor het aankoppelen
Bij het verbreden van een in drijfzand gelegen gedeelte van de Nieuwe Wetering zijn
de taluds ingestort. Vermoedelijke oorzaken: te breed zuigen in de bodemenhetwerken met te grote putten welkete langdroog
gehouden moesten worden
Toi; dusver verschenen rapporten van de
Afd. Mechanisatie Cultuurtechniek;
no. 1
Vergelijkende proeven met een 500 1 en een 800 1 dragline
te Beltrurn.
no.
2
Vergelijkende proef met bulldozer en dragline t e Steenbergen,
no.
3
Overslaan n e t d r a g l i n e s te Hoedekenskerke.
no.
4
Dempen van de Vrouwkensvaart.
no. 5
Proef mot een rnotorlaadschop.
no.
Aanleg van randwegen met grader en b u l l d o z e r .
6
no. 7
Vergelijkende proeven met de kenck SR 53 scrape r -dezer en
de C a t e r p i l l a r 1) 8 bulldozer op zandgrond in de r u i l v e r kaveling 13eitrura.
no.
8
Vergelijkende proeven met de ÏAenck in de Ringpolder.
no.
9
Vergelijkende proeven met de Menck in de \ 7 i l r e i t .
no. 10
proeven met v e r s c h i l l e n d e werkmethoden in de r u i l v e r kaveling Godlinze.
no. 11
Eet rooien van vruchtbomen in de r u i l v e r k a v e l i n g Nieuwstadt.
no. 12
Het dempen van s l o t e n in de Ringpolder.
no. 13
Het verwijderen van opgaand hout en stobben.
no. 14
Egaliseren en stobben rooien door ro v -*iï'''"rekkers en s l e e p g r a v e r s in de r u i l v e r k a v e l i n g Rossu;;;ervel.\.
n o . 15
De p r e s t a t i e s van s l e e p g r a v e r s bij het graven van l e i d i n g e n
en kavel s l o t e n .
no. 16 De p r e s t a t i e s van vervoermiddelen bij het g r o n d t r a n s p o r t .
Rapport 1 t/in 6
Rapport 7 t/m 10
in g e s t e n c i l d e mededeling no.
"
7 Jaargang 1959
I]
9
1959
10
1959
i960
Rapport no. 11
"
i:
Rapport no. 12
"
"
"
II
1
Rapport no. 13
"
"
"
tl
7
Rapport no. 14
!!
,!
"
II
9
Rapport no. 15
en 16
"
:
"
II
'
"
II
11
»
i960
i960
"
i960