Het raadsel pijn
Download
Report
Transcript Het raadsel pijn
Het raadsel pijn
Ervaringen binnen
Kindergeneeskunde en Kinder- en
jeugdpsychiatrie
Trauma als beitel van onze hersenen
• De rol van ervaring op de zich
ontwikkelende hersenstructuren werd
onderschat, evenals de actieve rol van
baby’s in hun eigen hersenontwikkeling
door interactie met hun omgeving (Shore
1997).
De wetenschap
• We beginnen het wetenschappelijk ‘bewijs’
te zien van veranderde hersenfuncties als
gevolg van mishandeling of verwaarlozing
• = de inwerking van het astraal lichaam op
het fysiek-etherische lichaam?
Huidige beeld vanuit wetenschap
• Hersenstam en midden hersenen (lichamelijke
functies nodig voor het leven/autonome
functies) ontwikkelen zich eerst
• Het limbisch systeem (reguleren van emoties
en de cortex/abstract denken) ontwikkelen
zich het laatst.
• = etherlichaam ontwikkelt zich stap voor stap
door vrijkomende energie kan astraal lichaam
ontwikkelen
De omgekeerde pyramide
Hersenontwikkeling is plastisch
• Hersenontwikkeling = “leren”,
• feitelijk een proces van creëren,
versterken én het afsterven van
connecties tussen de neuronen
(‘synapsen’).
• dynamische proces is gevoelig voor
invloed van de omgeving
• “use it or lose it” (Greenough, Black &
Wallace, 1987).
Mensen passen zich aan…?
• Het is vanwege deze processen van
creatie, versterking en afsterving van
synapsen dat onze hersenen ieder van
ons laten aanpassen aan onze unieke
omgeving (huidige wetenschap) of:
• zichtbaar worden van inwerking astraal
lichaam in ons fysiek lichaam?
Het proces van snoeien
• Rond 3-jarige leeftijd begint het proces
van snoeien van synapsen (afsterven)
wanneer ze niet herhaaldelijk geactiveerd
worden (Shore, 1997).
Ondervoeding
• onvolledig tot ontwikkeling komende
hersengroei
• tragere doortocht van elektrische signalen in
de hersenen (Pollitt & Gorman, 1994;
Shonkoff & Phillips, 2000).
• Relatie met met cognitieve, emotioneelsociale tekorten met mogelijk lange termijn
gevolgen (Karr-Morse & Wiley, 1997).
Blauwdruk
• “Terwijl ervaringen het functioneren van een
volwassene kunnen wijzigen of veranderen,
verschaft ervaring letterlijk het organiserende
framewerk voor een zuigeling en kind”. (Perry,
Pollard, Blakely, Baker & Vigilante, 1995).
EFFECTEN VAN MISHANDELING OP DE
ONTWIKKELING VAN HERSENEN
• ” We kunnen individuen hebben die,
gebaseerd op vroege ervaringen, in feite
"hard-wired" zijn voor negatieve gedragingen”
(Chukani, 1997).
• “Sommige neuronwetenschappers vinden dit
overdreven, anderen vinden het nog te mild
uitgedrukt“(Shore, 1997)
Effect extreme verwaarlozing
Pasgeboren meisje
• Geboortegewicht 650 gram
• Infuus in arm (later schedelinfuus): armpje lag
er daarna “levenloos” bij
Meisje 6 jaar
• Chronisch reumatische artritis vanaf 6
maanden oud
• > 6 maanden ledematen in schuimpakking
Vervolg reumatische artritis
• Laat zich van de trap vallen, voelt geen pijn!
• Maakt zich geen voorstelling van (binnenste
van) lichaam (menstekening: alleen een been
dat heel dik en rood is)
Twee broers 7 jaar
• Aanval op Palestijns vluchtelingenkamp 1982,
door moeder verstopt, overleven als enigen
• Later in weeshuis dag en nacht naast elkaar,
doen alles samen
• Uit elkaar gehaald: kunnen letterlijk “niet
meer op hun benen staan en ook niet meer
praten”
Jongen 9 jaar
•
•
•
•
Autisme spectrum stoornis
Zet stoelpoot op zijn voet
Krabt zijn huid open
Is “horende doof” en “ziende blind”
Jongen 11 jaar
• Autisme spectrumstoornis
• Weet niet wat hij de dag/een aantal uren ervoor
gedaan of gezegd heeft
• Valt steeds van zijn stoel
• Zoekt geen troost
• Ontkent wat hij doet op het moment zelf (ander
slaan bijvoorbeeld)
• Blijkt later seksueel misbruikt te zijn
• Als baby verwaarloosd
Jongen 14 jaar
•
•
•
•
•
Afkomstig uit Congo
Gevlucht samen met zijn vader
Ziet eruit als 18 jaar
Spreekt totaal niet
Valt onverwacht mensen aan in de tram
Jongeman 17 jaar
• Drugsgebruik, meerdere psychiatrische diagnoses als kind
(autisme, ADHD, ODD).
• Heeft eigen ervaringswereld en belevingswereld, goed en
kwaad, ziet in anderen het kwade
• Bonkt met zijn hoofd tegen de muur, knijpt keihard in zijn
vuisten
• Gaat in therapie vertellen over extreme, meerdere
traumatische ervaringen: ziet beelden en energiestromen
• Moeder en vader blijken ook drugs gebruikt te hebben
• Vader overleden, onduidelijke doodsoorzaak
• Geboortegewicht 1000 gram!
Voor de therapie
Na therapie
Jongeman, 18 jaar
• Aangemeld met een depressie en
suïcidedreiging, diagnose eerder Autisme
Spectrum Stoornis
• Slaapstoornis, door zijn hoofd spokende
gedachten, wanhopig
• Ernstige obstipatie met opgezette buik zonder
pijnklachten!
Jongeman 19 jaar
• Marinier, uitgezonden naar Irak
• Obesitas vanaf jonge leeftijd, afhankelijk van zijn
ouders
• Overleeft bermbomaanslag, raakt gewond (verliest
been) maar heeft dit niet gemerkt
• Agressie doorbraken bij thuiskomst, bang dat hij zijn
vriendin zal vermoorden/ernstig verminken
• PTSS met invallende herinneringen aan zijn maatje die
gedood is
• Slaapproblemen door hevige fantoompijn
• Wanhopig
Fantoompijn: spookachtige kopie van
je eigen lichaam
Fantoompijn
• Fysiek lichaam kapot, etherlichaam is nog
intact
• Etherlichaam “houdt het fysieke lichaam bij
elkaar”
• Pijn voelt net zo hevig als fysieke pijn
Dissociatie
• = ontkoppeling van de wezensdelen (het Ik,
astraal en etherlichaam) als gevolg van het
meemaken van traumatische ervaringen.
• Traumatische herbelevingen door het
vrijkomen van energie/krachten uit het
lichaamsgebonden etherlichaam
• verschijnselen tgv ontkoppelde toestand van
het ik, astrale lichaam en etherlichaam uit het
fysieke lichaam.
Autisme
• Niet verbonden zijn van de wezensdelen
• “zich terugtrekken” bij Hinschau
In het hart weeft het voelen,
in het hoofd straalt het denken,
in de leden werkt het willen.
Wevend in ’t stralen,
werkend in ’t weven,
stralend in ’t werken:
dat is de mens.
(Steiner)
Zich herhalend trauma
• Niet alleen het ik maar ook het astrale lichaam
trekt zich terug uit zijn verankering in het
lichaam.
• Het te weinig verbonden astrale lichaam
woekert in de zielenwereld.
Zichtbaar door:
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
Onlogisch en associatief denken
Verminderd gevoel van begrenzing van het eigen innerlijk tov anderen
Alles weeft door elkaar ,via gevoelswaarden op elkaar betrokken
Gevoelens van anderen waargenomen als deel van het zelf
Alles subjectief gekleurd: gebeurtenissen teveel op zichzelf betrekken
Spiegelingen: wat goed of mooi is wordt lelijk, kwaad/ alles wat onwaar is
wordt waarheid, haat en liefde raken verward
Onvermogen feiten, meningen en gevoelens te onderscheiden
Te weinig afstand van de meningen van anderen, gevoelens en meningen van
anderen beleefd als aanval
Sterke waarneming van en reactie op de emotionele toestand van de ander
Geen onderscheid kunnen maken tussen eigen gevoelens en die van een
ander
Gevoelens krijgen daadkarakter: “ik beschadig de ander met mijn woede”
astrale lichaam niet verbonden met
lichaam
• pijn, kou en vermoeidheid worden minder
waargenomen
• Lagere bloeddruk
Kortdurende ontkoppeling
etherlichaam
• bij acuut levensgevaar of heftige schock:
– verlies van continuïteit in de tijdsbeleving
– desoriëntatie in de tijd tijdens de gebeurtenis
(heel langzaam, als een vertraagde film of iemand
zijn hele leven in een paar seconde voorbij zien
trekken).
Langdurige ontkoppeling etherlichaam
• Zich herhalend of langdurig trauma
• ernstige dissociatie.
Doorwerking trauma II
• Ontkoppeling van van het ik, astrale lichaam en etherlichaam uit het
fysieke lichaam.
• Verschijnselen:
–
–
–
–
–
Onvermogen ervaringen te verwoorden
Zichzelf van buiten waarnemen en vervreemding
Concentratiestoornissen
Amnesie
Verminderd vermogen gevoelens en impulsen te reguleren, overgeleverd
voelen aan extremen, ongecontroleerde woede aanvallen
– Verminderd vermogen zich met andere mensen te verbinden
– Verminderd vermogen zich te binden met taken, liefde of intimiteit te beleven
en te uiten, verlies van zingeving
– Lichamelijke klachten: verstoring warmtehuishouding, verstoring immuniteit,
verstoring hormonale systemen en spijsvertering, verlammingsverschijnselen
Behandelingsfasen
Eerste fase
• “ik ben wat ik krijg”
»Gestructureerde activiteiten
(begin,midden,eind)
»structuur in tijd, plaats en persoon
»Intensieve verzorging/zorg, ‘” helende
omgeving”
»Angstreductie, voorkomen
overprikkeling, laten ervaren van
(lichaams)grenzen
»Sfeer van liefdevolle bejegening,
ontspanning en troost
Vervolg eerste fase
» Sfeer van liefdevolle bejegening, ontspanning en troost
» Activiteiten die steunen in basale behoeften aan ritme,
structuur, vorm en zorg voor de omgeving zonder te
direct fysiek contact
» Ordening van het denken (gerichte vragen, benoemen
direct aan de waarneming gekoppeld, uitleg,
gezamenlijke taal ontwikkelen)
» Lichaamsgerichte ervaringsordening: de wereld ervaren
vanuit het lichaam. Ervaring en ordening op grond van
wat gezien, gehoord, geproefd, gevoeld en geroken
wordt. Langzamerhand herkenning vertrouwde personen
en vertrouwde gewoonten
Tweede fase
– Greep laten krijgen op dagelijkse realiteit
– Structuur van alledag en omgeving begint betekenis te
krijgen
– Nog afhankelijk van externe sturing/ordening waarnemen,
betekenisverlening en koppeling denken aan handelen
– Uitleg reden van ons “ingrijpen”
– Rekening houden met “gesplitste loyaliteit”
– Rekening houden met ontstaan “arousal fenomenen”,
“herhalingsfenomenen” en “vermijdingsfenomenen
– Grotere bereikbaarheid
Vervolg tweede fase
• Associatieve ervaringsordening:
• toenemend gevoel voor vaste patronen door
de vaste regelmaat en de aandacht voor
verzorging in het contact. Dit is hoe deze
interventies betekenis krijgen in de zin van “Ik
ben wat ik krijg”
Derde fase
–Voorzichtig contact over problematiek
–Aanmoedigen tot hulp vragen en zoeken
–Oplossingen aanreiken wanneer greep op denken,
voelen en handelen ontbreekt
–Nieuwe wegen van interacties (rekening houden
met “herhalingsfenomenen”)
–Positieve verwachtingen
–“leren” is kernbegrip in de communicatie
Vervolg derde fase
–Valkuilen in de interactie vermijden (pseudoautonomie)
–Structurerende ervaringsordening: meer zelf
gebruiken voorgaande manieren van ordening,
ontdekken dat omgeving is opgebouwd uit
herkenbare structuren, verband tussen
gebeurtenissen en inzicht in situaties. Vooruit
denken op wat komen gaat en terugkijken op wat
geweest is. “Herinneringen” ontstaan. Kan keuzes
gaan maken.
Vierde fase
“Ik ben wat ik kan”
» Zelfherkenning: Meer denken over denken, voelen
en handelen
» Meer eigen oplossingen verzinnen
» Meer denken over relatie tot anderen
» Verleiden tot andere denksporen
» Gesteunde regulering
» Cave: machteloze woede/depressieve gevoelens (is
geen terugval!)
» Uitleg over emoties
» Emotioneel correctieve ervaringen
Vervolg vierde fase
• machteloze woede/depressieve gevoelens (is geen
terugval!)
Uitleg over emoties
Emotioneel correctieve ervaringen
Vijfde fase
• Negatieve interacties steeds minder op basis van
groeiende relatie met anderen
• Depressieve stemming “waarom ik?”
• Lichamelijke klachten (PIJN)
• Vormgevende ervaringsordening: In deze fase kan
de jongere iets eigens toevoegen aan bekende
structuren, kan zelf oplossingen bedenken en
ideeën aandragen. Dit is hoe de interventies
betekenis krijgen in de zin van “Ik ben wat ik
kan”.
Zesde fase
• ik ben wie ik wil”
Generalisatie naar andere leefsituaties
Sporen van hechtingsgedrag
Rekening houden met “splitsing”
Eigen grenzen uittestend gedrag dat persoon niet
langer “de oude” is
Openstaan voor gevoelens van verdriet, eenzaamheid
en eventueel verlating
Heroriëntatie op het verleden
Oriëntatie op de toekomst
Meer zelfvertrouwen
Veilige “oppositie”
Accent op emotioneel-sociaal gerichte interventies
Zevende fase
• Plezier in autonomie
Motivatie om te presteren
Afscheid leren nemen
Levenslang oefenen met vallen en opstaan
Bij extreme omstandigheden
voorspellen/herkennen van momenten van
terugval en actief om hulp vragen
Accent ligt op relatievorming
Vervolg zevende fase
• Luisteren naar het verhaal van anderen en
erop reageren
• eigen creativiteit kan zichtbaar worden.
• Zich verbaal beter uiten en woorden geven
aan gevoelens.
• Toenemende eigen identiteit.
• Deze manier van ordenen ontwikkelt zich
levenslang door maar laat zich uiteindelijk zien
in de zin van “Ik ben wat ik wil”.
Drie hoofdlijnen bij traumatisch
verleden
• Intensieve (ver)zorg(ing)
• Liefdevolle houding
• Voorkomen van een “zich herhalen van het
verleden”